De klager verwees naar de campagne van de adverteerder op de website van een krant, onder de rubriek “Wat na 2025?”, en naar de advertentie voor die campagne in een e-mail van de krant, met de titel “Waarom kernenergie onze belangrijkste koolstofarme energiebron blijft” en daaronder “Zonder kernenergie halen we onmogelijk op tijd de Europese klimaatdoelstellingen, meent het Internationaal Energieagentschap. We kunnen onze elektriciteitsbevoorrading alleen waarborgen door hernieuwbare energie te combineren met een koolstofarme energiebron.”.
De conclusie van het artikel zelf luidt als volgt: “Alleen met het behoud van kerncentrales kan ons land zijn CO2-emissies voldoende verminderen, om tegen 2050 de klimaatdoelstellingen te halen. Daarom pleit het IPCC voor meer investeringen in hernieuwbare energie én kernenergie de komende jaren.
Meer info over de rol van kernenergie in het klimaatdebat?
www.nucleairforum.be”.
De klager haalde aan dat in de advertentie verwezen wordt naar rapporten en een conclusie (“Daarom pleit het IPCC voor meer investeringen in hernieuwbare energie én kernenergie de komende jaren.”) van het Internationaal Energieagentschap en het IPCC, zonder (bron)vermelding van de betreffende rapporten en conclusie.
Daarnaast is volgens hem, gezien de Belgische wet van 31 januari 2003 waarbij de geleidelijke uitstap van het gebruik van kernenergie voor de industriële elektriciteitsproductie op het Belgische grondgebied is geregeld, het gebruik van “wij” en “onze” minstens bevreemdend wanneer het gaat over (t.g.v. de wet van 31 januari 2003) investeren in kernenergie-productie buiten het Belgische grondgebied.
De adverteerder deelde mee dat hij een nieuwe informatiecampagne gelanceerd heeft die verschillende aspecten van de rol van kernenergie als koolstofarme energiebron in het klimaat in de verf zet. Het artikel dat het voorwerp is van de klacht kadert in deze campagne. Alle informatie die meegedeeld wordt in deze informatiecampagne bevindt zich op zijn website.
Het artikel in kwestie nodigt de lezers bovendien ook expliciet uit om de website van het Nucleair Forum te consulteren voor meer informatie met een hyperlink die verwijst naar de relevante pagina’s.
Hij voegde vervolgens toe dat de klacht erg beknopt is en geen enkel concreet verwijt bevat, behalve twee erg vage opmerkingen:
De adverteerder verduidelijkte dat hij er enorm veel belang aan hecht om enkel informatie te communiceren die gebaseerd is op betrouwbare en geloofwaardige nationale en internationale bronnen die gemakkelijk toegankelijk zijn en dat dit eveneens het geval is voor het bekritiseerde artikel en het IPCC-rapport waarnaar verwezen wordt. Dit rapport is onmiddellijk beschikbaar via zijn website die het bekritiseerde artikel voorstelt om te consulteren (“Meer info over de rol van kernenergie in het klimaatdebat? www.nucleairforum.be”). Door de zoekmotor van de website te gebruiken en het trefwoord “IPCC”, krijgt men erg gemakkelijk toegang tot een artikel dat in detail de betrokken IPCC-studie uitlegt, met onderaan de pagina de link naar de studie waarop het artikel gebaseerd is.
De adverteerder is zich vervolgens natuurlijk bewust van het bestaan van de wet van 31 januari 2003. De klager is dat duidelijk ook, net zoals het grote publiek. Het is een feit, er is dus geen ambiguïteit of twijfel op dat vlak. Het is derhalve moeilijk voor hem om de tweede bewering van klager te begrijpen. Het gebruik van de woorden "wij" en "onze" bevestigt dat het artikel verwijst naar het gebruik van kernenergie in België. Het artikel vermeldt noch suggereert dat investeringen in kernenergie afkomstig zouden zijn van buitenlandse productie. Het bekritiseerde artikel kan hoogstens vragen bij de geplande sluiting van de kerncentrales suggereren.
De adverteerder concludeert dat het bekritiseerde artikel geen enkele wettelijke of zelfdisciplinaire bepaling schendt en dat de klacht dus manifest ongegrond is.
De Jury heeft kennisgenomen van de advertentie in de e-mail en op de website in kwestie en van de klacht die daarop betrekking heeft.
De Jury heeft zich beperkt tot het onderzoeken van de inhoud van de reclame in kwestie, zonder zich te buigen over het maatschappelijk debat over kernenergie, dat niet tot haar bevoegdheid behoort.
Zij heeft vastgesteld dat de advertentie enerzijds verwijst naar het Internationaal Energieagentschap en anderzijds naar het Intergovernmental Panel for Climate Change (IPCC) en naar hun standpunten. Ze heeft eveneens vastgesteld dat de website van de adverteerder, waarnaar de betrokken advertentie duidelijk verwijst voor uitgebreidere informatie, meer details bevat in dit verband.
Zij is met name van mening dat de gemiddelde consument er de nodige referenties zal vinden na het lezen van de advertentie en dat deze dus geen lacune bevat op dit vlak.
Bovendien is het gebruik van de termen “wij” en “onze”, met name in combinatie met een verwijzing naar investeringen in de productie van kernenergie, volgens de Jury niet ongepast gelet op de Wet van 31 januari 2003 houdende de geleidelijke uitstap uit kernenergie voor industriële elektriciteitsproductie.
De Jury heeft derhalve niet vastgesteld dat elementen van de inhoud van de reclame het standpunt van de klager zoals geformuleerd in de klacht zouden rechtvaardigen.
De Jury heeft de klacht derhalve ongegrond verklaard.
Aangezien geen hoger beroep werd ingesteld, werd dit dossier afgesloten.
Barastraat 175, 1070, Brussel, Belgie.
E-mail: info@jep.be
Tel: +32 2 502 70 70