Onder de titel “Tiki party met Actie met flamingo pool floats” bevat de aankondiging op Facebook voor een evenement van horecagelegenheid Charlie Brown onder meer een afbeelding van een vrouw in bikini liggend op een drijvende matras, met daarbij onder meer de volgende tekst:
“Begin van het nieuwe schooljaar, en we bouwen een bigsize pool voor de deur, palmbomen alles erop en eraan.
Hangmatten , ligzetels, tikibar.
Er is die dag een actie met bacardi en daarmee zijn er heel wat flamingo floats te winnen in supersize.
Alles van bacardi bestellen per 2 en je krijgt er een derde gratis!
2 mojiti's vragen en je krijgt dus een derde gratis, 2 bacrdi cola's vragen is dus 3 stuks krijgen.
De shots met bacardi dus juist hetzelfde.£
Bacardi promoteam die avond ter plaatse die je op weg helpen om een flamingo pool float te winnen !”.
Gezien de verwijzing in het evenement naar ‘begin van het nieuwe schooljaar’ en de promo’s van de sterke drank Bacardi, is de klager van mening dat deze reclame gericht is op minderjarigen en dus een inbreuk vormt op artikel 2.1 van het Alcoholconvenant.
Bovendien werd er aangezet tot drinken: enkel door het kopen van sterke dranken kon men iets winnen. Volgens de klager maakt de reclame op dit punt een inbreuk uit op artikel 3.1 van het Alcoholconvenant.
De Jury heeft zowel café Charlie Brown als producent Bacardi-Martini om een reactie verzocht.
Reactie café Charlie Brown:
De adverteerder haalde aan dat, zoals voor elk evenement dat hij doorheen het jaar organiseert, de acties met drank waren, maar meende dat dit niet onlogisch is aangezien hij een bar uitbaat. In dit verband stelde hij zich tevens ernstige vragen bij het opzet van de entiteit die de klacht indiende.
Daarnaast deelde hij mee dat hij als bar op Facebook geen events kan aanmaken voor jongeren van minder dan 18 jaar, zodat het hem onterecht voorkomt om te zeggen dat hij reclame maakt op Facebook bij minderjarigen om hen aan te sporen of aan te zetten om te drinken.
Hij verwees ook naar de affiches in zijn zaak met betrekking tot de leeftijdsgrenzen voor consumptie van alcoholhoudende dranken.
Gezien de periode van het jaar, lijkt de verwijzing naar het nieuwe schooljaar hem evenmin problematisch.
Verwijzend naar de prijzen van consumpties bij hem, meent de adverteerder immers dat hij moeilijk als een jeugdzaak kan worden beschouwd. Hij richt zich tot een publiek met een ander bestedingspatroon dan de schoolgaande jeugd, maar kan moeilijk verhinderen dat hij op vrijdag na school en met een loungeterras nu eenmaal ook jongeren aantrekt. Het is echter zijn beleid om naar de leeftijd van klanten te vragen in functie van het al dan niet serveren van alcohol.
Hij bevestigde tevens dat het in de aankondiging vermelde “Bacardi-team” van een externe firma was.
Reactie Bacardi-Martini:
De producent bevestigde dat hij geen commerciële band had met het evenement zoals vermeld in de aankondiging. Hij was geen sponsor, hij zorgde niet voor het promoteam zoals vermeld in de aankondiging, hij bezorgde geen van de promotionele materialen en tools voor het evenement, en hij ondersteunde het evenement op geen enkele andere wijze.
De betrokken horecagelegenheid bevestigde hem dat zij het evenement onafhankelijk van Bacardi organiseerden en benoemden en dat ze hun eigen promoteam inhuurden.
De Jury heeft deze aankondiging onderzocht rekening houdend met de argumenten van de betrokken partijen en in het licht van het Convenant inzake reclame voor en marketing van alcoholhoudende dranken (hierna: het Convenant).
De Jury heeft kennis genomen van de aankondiging op Facebook in kwestie en van de klacht die daarop betrekking heeft.
Zij heeft tevens kennis genomen van de reacties van de verschillende in de klacht aangehaalde partijen, met name café Charlie Brown en producent Bacardi-Martini.
De Jury heeft met name vooreerst nota genomen van de reactie van Bacardi-Martini waarin onder meer wordt bevestigd dat zij geen commerciële band hadden met het evenement vermeld in de aankondiging, geen sponsor waren, niet voor het vermelde promoteam zorgden en geen promotionele materialen voor het evenement bezorgden, maar dat het evenement onafhankelijk van hen georganiseerd en benoemd werd door de betrokken horecagelegenheid.
Zij heeft er vervolgens nota van genomen dat dit wordt bevestigd door de organisator van het evenement, café Charlie Brown, die tevens benadrukte dat hij als bar op Facebook geen events kan aanmaken voor jongeren minder dan 18 jaar en onder meer verwees naar zijn doelpubliek en de affiches in zijn café inzake de leeftijdsgrenzen voor consumptie van alcoholhoudende dranken.
Gelet op het bovenstaande is de Jury van mening dat de aankondiging in kwestie reclame maakt voor het aangekondigde evenement van deze horecagelegenheid en geen alcoholreclame in de zin van het Convenant betreft.
De Jury is derhalve van oordeel dat deze aankondiging niet binnen het toepassingsgebied van het Convenant valt en er in casu dus evenmin sprake kan zijn van een overtreding van dit Convenant.
Zij verwijst in dit verband tevens naar eerdere recente uitspraken van de Jury die op haar website kunnen worden geraadpleegd: Café ’t Putje et al. 26/02/2016, Huis der Rechten 06/04/2016, KLJ Tielen 13/04/2016.
De Jury heeft de klacht derhalve ongegrond verklaard.
Aangezien geen hoger beroep werd ingesteld, werd dit dossier afgesloten.
Barastraat 175, 1070, Brussel, Belgie.
E-mail: info@jep.be
Tel: +32 2 502 70 70