Wellness Kliniek 19-06-2024: Beslissing tot wijziging/stopzetting

Adverteerder / Annonceur: WELLNESS KLINIEK

Product-Dienst / Produit-Service: Borstvergroting

Media / Média: Internet (Facebook)

Beschrijving van de reclame / Description de la publicité

De gesponsorde Facebookpost met de vermelding “Boek nu 50% off” bevat de foto van een lachende vrouw met daarbij het logo van de adverteerder en onder meer de volgende vermeldingen:
“Borstvergroting 2.995€
Incisie: 3 cm
Snel herstel
Laatste plaatsen beschikbaar
Vanaf 70€/maand*”.
Onderaan, een link naar de website van de adverteerder en de tekst “Mis het niet! Deze lente, Leef je beste zelf! 2995€ voor borstvergroting. ALL IN.”.

Klacht(en) / Plainte(s)

De klager voerde aan dat reclame voor esthetische ingrepen verboden is en verwees ook naar de wettelijke bepaling inzake publiciteit voor zorgverleners in de wet van 22 april 2019, die in haar artikel 31 bepaalt dat de gezondheidszorgbeoefenaar zijn praktijkvoering aan het publiek mag kenbaar maken, mits een aantal voorwaarden.

Beslissing Jury in eerste aanleg: Beslissing tot wijziging/stopzetting
Décision Jury de première instance: Décision de modification/arrêt

De Jury voor Ethische Praktijken inzake reclame (JEP) in eerste aanleg heeft de volgende beslissing genomen in dit dossier.

De Jury heeft kennisgenomen van de gesponsorde Facebookpost in kwestie en van de klacht die daarop betrekking heeft.

Zij heeft vastgesteld dat deze post duidelijk een promotioneel aanbod voor borstvergrotingen door de betrokken kliniek aanprijst.

In overeenstemming met haar eerdere beslissing terzake (zie WELLNESS KLINIEK 09/04/2020), is zij derhalve van mening dat het hier duidelijk gaat over reclame in de zin van artikel 2, 6° van de Wet van 23 mei 2013 tot regeling van de vereiste kwalificaties om ingrepen van niet-heelkundige esthetische geneeskunde en esthetische heelkunde uit te voeren en tot regeling van de reclame en informatie betreffende die ingrepen, dat het begrip “reclame” omschrijft als “iedere vorm van op het publiek gerichte mededeling of handeling die rechtstreeks of onrechtstreeks tot doel heeft de (…) bedoelde ingrepen te bevorderen, ongeacht de daartoe aangewende plaats, drager of aangewende technieken, reality-tv-uitzendingen inbegrepen”.

De Jury is derhalve van oordeel dat de post in kwestie verboden reclame vormt in de zin van artikel 20/1 van de voormelde wet, dat het volgende stelt: “Het is elke natuurlijke of rechtspersoon verboden om reclame voor (…) bedoelde ingrepen te verspreiden.”.

Gelet op het voorgaande en op basis van voormelde bepalingen, heeft de Jury de adverteerder derhalve verzocht om deze reclame niet meer te verspreiden.

Gelieve er nota van te nemen dat deze beslissing pas definitief wordt na het verstrijken van de termijn voor het instellen van hoger beroep.

andere beslissingen