Adverteerder / Annonceur: JOHNSON & JOHNSON
Product-Dienst / Produit-Service: Nicorette Spray
Media / Média: TV
Beschrijving van de reclame / Description de la publicité
De spot toont onder meer een vrouw aan een tafel die naar een pak sigaretten kijkt, maar een verstuiver neemt en de spray in haar mond verstuift, sportende personen en een oudere man die verjaardagskaarsjes uitblaast.
Teksten op het scherm:
“Bij 2 verstuivingen. Begin steeds met 1 verstuiving. Is je trek na enkele minuten niet voorbij, dan mag je een tweede dosis gebruiken.”;
“150% meer kans om te stoppen met roken. Gemeten over 52 weken, in vergelijking met placebo.”;
“Nicorette overwin jezelf.”.
VO: “Ontdek je nieuwe rookvrije ik met de Nicorette spray. Hij stilt je trek in een sigaret in amper 60 seconden. Nicorette spray geeft je 150% meer kans om te stoppen met roken. Nicorette, overwin jezelf.”
Onderaan het scherm verschijnt de volgende tekst in een grijze balk: “nicorette(R) freshmint 1mg/spray, spray voor oromucosaal gebruik bevat nicotine en is een geneesmiddel voor volwassenen. Buiten het bereik van kinderen houden. Geen langdurig gebruik zonder medisch advies. Lees aandachtig de bijsluiter. Vraag raad aan je arts of apotheker. (C)2016 Johnson & Johnson Consumer NV. VN 899-06/2018.”
Klacht(en) / Plainte(s)
De klager haalt aan dat de adverteerder zijn claims niet hard kan maken want elke verslaafde reageert anders en sommigen hebben er wel nut van, anderen niet. Volgens hem zijn er genoeg bronnen die aantonen dat nicotinevervangers de verslaving niet aanpakken en het voor velen zelfs moeilijker maken om te stoppen. De klager verwijst hierbij naar een website en naar zijn eigen pogingen om te stoppen met roken. Hij haalt ten slotte aan dat de onderzoeken die worden aangehaald als zijnde succesvol dan ook steevast betaald werden door de adverteerder en niet onafhankelijk zijn gedaan.
Beslissing Jury in eerste aanleg: Geen opmerkingen
Décision Jury de première instance: Pas de remarques
De Jury voor Ethische Praktijken inzake reclame (JEP) in eerste aanleg heeft de volgende beslissing genomen in dit dossier.
De Jury heeft kennis genomen van de reclame en van de klacht die daarop betrekking heeft.
De Jury heeft er nota van genomen dat de klacht een TV-spot betreft voor een geneesmiddel dat qua samenstelling en doel is bedoeld en ontwikkeld om zonodig met het advies van de apotheker maar zonder diagnose, voorschrift of toezicht van een arts te worden gebruikt, en waarvan de publieksreclame onderworpen is aan het KB van 7 april 1995 betreffende de voorlichting en de reclame inzake geneesmiddelen voor menselijk gebruik.
De Jury heeft dienaangaande vastgesteld dat deze TV-spot een voorafgaand visum heeft gekregen na advies van de Commissie van Toezicht op de reclame voor geneesmiddelen en dit in overeenstemming met artikels 16 en 17 van het KB van 7 april 1995 betreffende de voorlichting en de reclame inzake geneesmiddelen voor menselijk gebruik die bepalen dat de televisuele verspreiding onder het publiek van een reclame enkel mag worden gevoerd na het verkrijgen van een visum afgeleverd door de Minister.
De Jury heeft er eveneens nota van genomen dat de visumaanvraag vergezeld is van de onmiskenbare elementen voor de controle van de waarheidsgetrouwheid van de reclame.
Rekening houdend met wat voorafgaat, heeft de Jury derhalve gemeend geen opmerkingen te moeten formuleren met betrekking tot de in de klacht aangehaalde punten.
Gelieve er nota van te nemen dat deze beslissing pas definitief wordt na het verstrijken van de termijn voor het instellen van hoger beroep.