Gamma 23-02-2017 – Hoger beroep: Beslissing tot wijziging/stopzetting

Adverteerder / Annonceur: GAMMA

Product-Dienst / Produit-Service: Gamma

Media / Média: Radio

 

Beschrijving van de reclame / Description de la publicité

De radiospot gaat als volgt:
Man 1: “Mannekes.”
Groep: “Vader.”
Man 1: “’t Zijn weer traantjes zenne.”
Man 2: “Ik wil 15% korting.”
Vrouw: “Maar Gamma geeft toch 15% korting.”
Man 2: “Op alles?”
Groep: “Ja!”
Man 2: “Krijg ik dan nu mijne zondag?”
Vrouw: “Nee, zondag pas.”
Man 2: “Maar ’s zondags zijn ze niet open.”
Vrouw: “Nu zondag wel.”
Man 2: “Serieus?”
Groep: “Ja.”
Vrouw: “Alles ok zo bompi?”
Man 2: “Perfect gelukkig.”
Groep: “Oooh.”
VO: “Hoe maakt u het? Samen met Gamma. Van morgen tot en met zondag geeft Gamma 15% korting op alles en zondag zijn ze open van 9 tot 4. Voorwaarden op gamma.be.”
Man 2: “Ook geldig in de webshop.”

Klacht(en) / Plainte(s)

Volgens de klager is de reclame bedrieglijk daar de korting niet geldt op extra laag geprijsde artikelen.

Beslissing Jury in eerste aanleg: Beslissing tot wijziging/stopzetting
Décision Jury de première instance: Décision de modification/arrêt

De Jury voor Ethische Praktijken inzake reclame (JEP) in eerste aanleg heeft de volgende beslissing genomen in dit dossier.

De Jury heeft kennis genomen van de radiospot waarmee de betrokken kortingsactie werd aangekondigd.

Zij heeft er nota van genomen dat in de radiospot duidelijk wordt verwezen naar het feit dat Gamma tijdens de looptijd van de aangekondigde actie 15% korting op alles geeft, met vermelding van “voorwaarden op gamma.be”.

Zij heeft er ingevolge het antwoord van de adverteerder nota van genomen dat op diens website werd verwezen naar de actiepagina, waar onder de hoofding “Voorwaarden” onderaan de pagina onder meer het volgende wordt vermeld:
“De korting is niet geldig op de GAMMA cadeaukaart, reeds gekochte artikelen, artikelen aangeduid met het extra laag geprijsd logo of van het OK label, planten, struiken, (kerst)bomen, diensten en verhuur.”.

De Jury is van mening dat de radiospot met diens gebruik van affirmatieve bewoordingen in hoofde van de gemiddelde consument de verwachting creëert dat de aangekondigde actie ook daadwerkelijk op alles van toepassing zal zijn. Zij is van mening dat dit des te meer het geval is voor de Nederlandstalige versie van de spot.

Zij heeft echter vastgesteld dat in werkelijkheid een niet-onaanzienlijk gedeelte van de principieel in aanmerking komende producten en diensten van de actie werd uitgesloten aan de hand van een disclaimer op de website van de adverteerder, zodat in casu moeilijk kan worden voorgehouden dat deze disclaimer slechts de draagwijdte van de kortingsactie verduidelijkt op dit punt.

De Jury is bovendien van mening dat de gemiddelde consument niet geacht kan worden op de hoogte te zijn van de specifieke promotionele logo’s en labels die de adverteerder gebruikelijk hanteert en waarnaar wordt verwezen in de disclaimer op de website.

Gelet op het voorgaande, is de Jury van mening dat de reclame in kwestie de gemiddelde consument aldus kan misleiden. Met name is de Jury van mening dat de gemiddelde consument door de in de reclame gebruikte absolute bewoordingen bedrogen kan worden ten aanzien van het bestaan van een specifiek prijsvoordeel.

De Jury is bovendien van mening, in aanmerking genomen het feit dat een niet-onaanzienlijk gedeelte van de principieel in aanmerking komende producten en diensten van de actie werd uitgesloten, dat de op de website beschikbare informatie met betrekking tot de beperkingen waaraan deze actie onderhevig is, in casu van aard is om de hoofdboodschap van de radioreclame – dat de 15% korting van toepassing is op alles – dermate te ondergraven dat de loutere verwijzing naar het bestaan van voorwaarden in de reclame geen afbreuk doet aan het misleidend karakter van de reclame zelf.

De Jury is derhalve van oordeel dat de radioreclame misleidend is in de zin van artikels VI. 97 en 99 van het Wetboek van economisch recht en artikels 3 en 5 van de Code van de Internationale Kamer van Koophandel (ICC code).

Gelet op het voorgaande en op basis van voormelde bepalingen, heeft de Jury de adverteerder derhalve verzocht om de reclame te wijzigen, en bij gebreke daaraan de reclame niet meer te verspreiden.

De adverteerder heeft hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van de Jury in eerste aanleg.

Beslissing Jury in hoger beroep: Hoger beroep deels gegrond. Gedeeltelijke hervorming beslissing in eerste aanleg – Beslissing tot wijziging/stopzetting
Décision Jury d’appel : Appel partiellement fondé. Réforme partielle de la décision en première instance – Décision de modification/arrêt

De Jury voor Ethische Praktijken inzake reclame (JEP) in hoger beroep heeft de volgende beslissing genomen in dit dossier.

De Jury in hoger beroep heeft kennis genomen van de inhoud van de reclame voor Gamma in kwestie en van alle elementen en standpunten die terzake meegedeeld werden in dit dossier.

Wat met name de in de klacht aangehaalde van de kortingsactie uitgesloten “artikelen aangeduid met het extra laag geprijsd logo” betreft, is de Jury in hoger beroep van mening dat het hier gaat om een voldoende gebruikelijke cumulbeperking van kortingen met andere lopende promotionele acties.

Zij heeft er bovendien nota van genomen dat de adverteerder langs diverse kanalen heeft geïnformeerd over de draagwijdte en het bestaan van zijn acties.

De Jury in hoger beroep is van mening dat de gemiddelde consument geacht mag worden vertrouwd te zijn met dergelijke niet-ongebruikelijke cumulbeperkingen.

Zij is derhalve van oordeel dat de reclame niet van aard is om de gemiddelde consument te misleiden op dit punt.

In de mate dat de door de Jury in eerste aanleg geformuleerde beslissing tot wijziging of stopzetting van de reclame betrekking heeft op niet-ongebruikelijke cumulbeperkingen zoals deze waarnaar de klager verwijst, verklaart de Jury derhalve het hoger beroep gegrond en hervormt zij de beslissing van de Jury in eerste aanleg.

Specifiek wat betreft de eveneens van het toepassingsgebied van de actie uitgesloten seizoenartikelen, in casu kerstbomen, is de Jury in hoger beroep echter van mening dat de voorgaande redenering niet opgaat voor hen.

Gelet op de periode waarin aan de hand van de reclame over de actie werd gecommuniceerd evenals de specifieke geldigheidsperiode van de actie – vrijdag 16 december, zaterdag 17 december en zondag 18 december 2016 – is de Jury met name van mening dat de gemiddelde consument niet geacht kan worden vertrouwd te zijn met deze specifieke uitsluiting, maar er daarentegen in de betrokken periode net veeleer op zal vertrouwen dat deze artikelen ook deelnemen aan de in de reclame in algemene bewoordingen geformuleerde actie, te meer daar de adverteerder zelf aangeeft dat in deze periode enkel kerstbomen tot het assortiment behoren en er geen planten, struiken of andere bomen in het assortiment zitten.

De Jury is derhalve van oordeel dat de radioreclame op dit punt van aard is om de gemiddelde consument te kunnen misleiden ten aanzien van het bestaan van een specifiek prijsvoordeel voor deze seizoenartikelen, ook al blijkt het in casu slechts om een gering percentage van het totale aantal in de winkels beschikbare artikelen te gaan zoals de adverteerder in zijn verzoekschrift argumenteert.

Niettegenstaande de gedeeltelijke hervorming van de beslissing van de Jury in eerste aanleg, heeft de Jury in hoger beroep de adverteerder derhalve op basis van artikels VI. 97 en 99 van het Wetboek van economisch recht en artikels 3 en 5 van de Code van de Internationale Kamer van Koophandel (ICC code) verzocht om deze reclame naar de toekomst toe niet meer te verspreiden in de huidige vorm.

De beslissing van de Jury in hoger beroep is definitief.

andere beslissingen