Adverteerder / Annonceur: EUROKIP
Product-Dienst / Produit-Service: Wild & Gevogelte
Media / Média: Affiche
Beschrijving van de reclame / Description de la publicité
De reclame op de achterkant van de bestelwagen toont een foto van een wielerploeg die rijdt op een weg die doorheen een landschap met een boerderij, een wei met koeien en op de achtergrond een bos kronkelt, met daarboven de naam van de adverteerder.
Op de voorgrond van de foto ziet men de rugzijde van een wielrenster in een wielertenue met het logo van de adverteerder (een gestileerde afbeelding van een kip met daarboven “Eurokip” en daaronder “De Waele – Van Osselaer”) die op enige afstand van de andere afgebeelde wielrenners of wielrensters rijdt.
Klacht(en) / Plainte(s)
De klager vindt deze reclame erg denigrerend naar vrouwen toe: gebruik van het woord “kip”, alluderen op achteraan bengelen in een peloton, …
Beslissing Jury in eerste aanleg: Geen opmerkingen
Décision Jury de première instance: Pas de remarques
De Jury voor Ethische Praktijken inzake reclame (JEP) in eerste aanleg heeft de volgende beslissing genomen in dit dossier.
De Jury heeft kennis genomen van de reclame in kwestie en van de klacht die daarop betrekking heeft.
Dienaangaande is de Jury vooreerst van mening dat het woord “Eurokip” duidelijk verwijst naar de naam van de adverteerder, zoals deze overigens ook voorkomt in zijn op de wielertenue afgebeelde logo, en niet van aard is om door de gemiddelde consument te zullen worden opgevat als een denigrerende opmerking ten aanzien van de afgebeelde wielrenster of ten aanzien van vrouwen in het algemeen.
Zij is daarnaast van mening dat de reclame zich niet uitspreekt over de positie van de afgebeelde wielrenster ten opzichte van de andere afgebeelde wielrenners of wielrensters, en met name niet suggereert dat de afgebeelde vrouw aan de staart van het peloton bengelt, in letterlijk of figuurlijke zin, laat staan zou suggereren dat dit laatste voor vrouwen in het algemeen het geval zou zijn.
Gelet op het voorgaande is de Jury van oordeel dat deze reclame niet van aard is om de waardigheid van de vrouw aan te tasten en evenmin strijdig is met de JEP Regels inzake de afbeelding van de mens.
Bij gebreke aan inbreuken op wettelijke of zelfdisciplinaire bepalingen, heeft de Jury derhalve gemeend geen opmerkingen te moeten formuleren op deze punten.
Gelieve er nota van te nemen dat deze beslissing pas definitief wordt na het verstrijken van de termijn voor het instellen van hoger beroep.