Adverteerder / Annonceur: DUVEL MOORTGAT
Product-Dienst / Produit-Service: Duvel
Media / Média: Internet (Facebook)
Beschrijving van de reclame / Description de la publicité
De eerste Facebookpost bevat een foto van een man en een vrouw aan een bar met elk een glas Duvel en daartussen een flesje van het gepromote product.
Daarbij de tekst: “Een goede babbel en een even goed bier: dat heet dan gelukkig zijn. #duvel”.
Onderaan de foto de vermelding: “Ons bier met liefde gebrouwen, drink je met verstand.”.
De tweede Facebookpost bevat een selfie van twee vrouwen in een tuin, elk met een glas Duvel in de hand.
Daarbij de tekst: “Big smile & goed bier: meer heeft een #duvelle niet nodig om gelukkig te zijn”.
//////////
Le premier post Facebook contient une photo d’un homme et d’une femme à un bar, avec chacun un verre de Duvel et entre les deux, une bouteille du produit promu.
Avec le texte : “Een goede babbel en een even goed bier: dat heet dan gelukkig zijn. #duvel”.
Sous la photo, la mention : “Ons bier met liefde gebrouwen, drink je met verstand.”.
Le deuxième post Facebook contient un selfie de deux femmes dans un jardin, chacune avec un verre de Duvel en main.
Avec le texte : “Big smile & goed bier: meer heeft een #duvelle niet nodig om gelukkig te zijn”.
Klacht(en) / Plainte(s)
De klager, de Controledienst Tabak en Alcohol van de Dienst Inspectie van Consumptieproducten van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, diende klacht in voor een schending van artikels 3.2 en 3.5 van het Alcoholconvenant: “Reclame mag niet: (…)
3.2. de consumptie van alcoholhoudende dranken in verband brengen met gunstige psychische en fysieke effecten die toelaten om bepaalde fysieke, psychische of sociale problemen te bestrijden of om angsttoestanden of sociale of psychische conflicten te verminderen of te doen verdwijnen. De reclame mag evenmin de aandacht vestigen op eventuele opwekkende, euforiserende, sedatieve, helende of kalmerende effecten van alcoholhoudende dranken, noch doen geloven dat dergelijke dranken psychische of fysieke prestaties kunnen verbeteren. (…)
3.5. suggereren dat alcoholhoudende dranken een noodzakelijke voorwaarde zijn om het dagelijks leven gelukkiger te maken of om een feestelijke sfeer te creëren.”.
Beslissing Jury in eerste aanleg: Beslissing tot wijziging/stopzetting
Décision Jury de première instance: Décision de modification/arrêt
De Jury voor Ethische Praktijken inzake reclame (JEP) in eerste aanleg heeft de volgende beslissing genomen in dit dossier.
De Jury heeft dit dossier onderzocht rekening houdend met de argumenten van de betrokken partijen en in het licht van het Convenant inzake reclame voor en marketing van alcoholhoudende dranken (hierna: het Convenant).
Zij heeft kennisgenomen van de klacht en de betrokken reclames.
Zij heeft vastgesteld dat de eerste geviseerde Facebookpost de tekst “Een goede babbel en een even goed bier: dat heet dan gelukkig zijn. #duvel” bevat en de tweede “Big smile & goed bier: meer heeft een #duvelle niet nodig om gelukkig te zijn”.
Ingevolge het antwoord van de adverteerder heeft zij er nota van genomen dat het diens bedoeling was om een leuk moment te suggereren en mensen aan te moedigen om te genieten van eenvoudige momenten in goed gezelschap.
De Jury is van mening dat de gebruikte foto’s, die personen tonen in een bar of een tuin met een glas van het gepromote product, op zich genomen beschouwd kunnen worden als een loutere illustratie van de door de adverteerder beoogde boodschap, door beelden van gezelligheid te tonen die inderdaad niet verboden worden door de artikels van het Convenant die de klager aanvoert.
Zij is eveneens van mening dat de reclames in kwestie de consumptie van het gepromote product niet in verband brengen met gunstige psychische en fysieke effecten in de zin van artikel 3.2 van het Convenant.
Daarentegen zijn de specifieke bewoordingen die gebruikt worden in de teksten, die met name verwijzen naar het feit van gelukkig te zijn en niet louter naar het feit van te genieten van een positief moment, volgens haar van aard om het gepromote bier, en niet enkel een goed gesprek en een brede glimlach, te benadrukken als beslissende factor om gelukkig te zijn.
In die zin is de Jury van oordeel dat de betrokken reclames in hun geheel bekeken in deze gevallen wel degelijk suggereren dat de gepromote alcoholhoudende drank hier een noodzakelijke voorwaarde is om het dagelijks leven gelukkiger te maken in de zin van artikel 3.5 van het Convenant.
Gelet op het voorgaande en op basis van voormelde bepaling, heeft de Jury de adverteerder derhalve verzocht om deze reclames te wijzigen op dit punt en bij gebreke hieraan deze niet meer te verspreiden.
Wat ten slotte de vermelding van de educatieve slogan betreft, heeft de Jury vastgesteld dat de eerste post niet de slogan gebruikt zoals vereist door het Convenant en dat de tweede post gewoonweg nalaat om de slogan te vermelden. Zij heeft de adverteerder derhalve verzocht om de educatieve slogan in de twee betrokken posts te vermelden overeenkomstig de bepalingen van Bijlage B 1. (b) (v) van het Convenant.
In dit verband heeft zij er nota van genomen dat de adverteerder de posts in kwestie reeds verwijderd had om ze aan te passen wat de educatieve slogan betreft.
Gelieve er nota van te nemen dat deze beslissing pas definitief wordt na het verstrijken van de termijn voor het instellen van hoger beroep.
//////////
Le Jury d’Ethique Publicitaire (JEP) de première instance a pris la décision suivante dans ce dossier.
Le Jury a examiné ce dossier en tenant compte des arguments des parties concernées et dans le cadre de la Convention en matière de publicité et de commercialisation des boissons contenant de l’alcool (ci-après : la Convention).
Il a pris connaissance de la plainte et des publicités concernées.
Il a constaté que le premier post Facebook visé contient le texte en néerlandais “Een goede babbel en een even goed bier: dat heet dan gelukkig zijn. #duvel” et le second, “Big smile & goed bier: meer heeft een #duvelle niet nodig om gelukkig te zijn”.
Suite à la réponse de l’annonceur, il a bien noté que l’intention de celui-ci était de suggérer un moment de plaisir et d’encourager à profiter de moments simples en bonne compagnie.
Le Jury est d’avis que les photos utilisées, représentant des personnes dans un bar ou dans un jardin avec un verre du produit promu, peuvent en soi être considérées comme se limitant à illustrer le message visé par l’annonceur, en montrant des images de convivialité qui ne sont en effet pas interdites par les articles de la Convention mis en cause par le plaignant.
Il est également d’avis que les publicités en question n’associent pas la consommation du produit promu à des effets psychologiques et physiques favorables, au sens de l’article 3.2 de la Convention.
Par contre, le vocabulaire spécifique utilisé dans les textes, faisant notamment référence au fait d’être heureux et non simplement au fait de profiter d’un moment positif, est selon lui de nature à mettre en avant la bière promue, et non seulement une bonne conversation et un grand sourire, comme élément décisif pour être heureux.
En ce sens, le Jury a estimé que les publicités concernées considérées dans leur globalité suggèrent bien dans ces cas-ci que la boisson alcoolisée promue est ici la condition nécessaire pour rendre le quotidien plus heureux, au sens de l’article 3.5 de la Convention.
Compte tenu de ce qui précède et sur la base de la disposition susmentionnée, le Jury a donc demandé à l’annonceur de modifier ces publicités sur ce point et à défaut, de ne plus les diffuser.
Enfin, concernant la mention du slogan éducatif, le Jury a constaté que le premier post n’utilise pas le slogan tel qu’il est requis par la Convention et que le second post omet tout simplement de le mentionner. Il vous demande donc de mentionner le slogan éducatif dans les deux posts concernés conformément aux directives de l’Annexe B 1. (b) (v) de la Convention.
A cet égard, il a noté que l’annonceur a supprimé les posts en question pour les modifier en ce qui concerne le slogan éducatif.
Veuillez noter que cette décision ne devient définitive qu’après l’expiration du délai d’appel.