Reclame via Netlog vermeldt het volgende :
« 8 kilo eraf in 12 dagen. Nieuw : De originele citroensap-kuur vet-doder nr. 1, nu in gelules ! Starligne.be/Citroensap-slankkuur ».
De adverteerder formuleerde vooreerst een bezwaar mbt de antwoordtermijn die hij te kort achtte en waardoor hij zich geschonden achtte in zijn recht op verdediging. Hij deelde vervolgens mee dat hij de aangeboden artikelen uitsluitend aan meerderjarigen verkoopt, te weten personen ouder dan 18 jaar. Dit heeft hij ook aangegeven toen hij de advertentieopdracht heeft gegeven en hij begrijpt dan ook niet hoe dit kan opduiken bij iemand van jonger dan 18. Hij deelde mee dat inmiddels deze campagne werd stopgezet.
Hij merkte op dat elke minderjarige heden ten dage vele malen per dag geconfronteerd wordt met allerlei campagnes waar men zich soortgelijke vragen bij kan stellen. Als de minderjarige een eenvoudige drogisterijketen binnenwandelt, wordt hij/zij ook geconfronteerd met allerlei soortgelijke producten. Idem als hij/zij een bezoek aan een apotheek brengt, of als hij een tijdschrift koopt of puur tijdens het kijken naar (commerciële) televisiezenders. Ook dan worden allerlei "rolmodellen" voorgeschoteld. Wat dat betreft is er dan ook geen wezenlijk verschil tussen reclame of banners op netwerksites of algemene reclame op billboards, in tijdschriften, kranten, televisie enzomeer. Dit is zelfs bij gewone televisieseries niet veel anders.
Hij verzocht dit argument mee in overweging te nemen , rekening houdend met het feit dat zijn reclame zich specifiek niet richt op minderjarigen.
Het bevreemdt hem overigens dat de klager in staat is een schermafdruk mee te sturen; als het inderdaad om zijn/haar zoon of dochter gaat, is er immers sprake van privacyschending door deze ouder. Of -wat hij voorshands ook niet uitsluit- is hier mogelijk sprake van een fake-profiel, waarbij de daadwerkelijke (aangemelde) geboortedatum wel hoger ligt, zodat dit eveneens verklaart waarom de advertentie in dat geval wel zichtbaar was? Dan nog blijft de vraag hoe de klager in staat was hier een schermafdruk van te maken, aangezien dergelijke banners slechts even vertoond worden. Alleen de klager kan hier overigens een antwoord op geven, maar voorshands kan hij dan ook niet uitsluiten dat de klager met andere bedoelingen klaagt dan hij/zij in de klacht aangeeft.
Vooreerst heeft de Jury genoteerd dat de adverteerder stelt dat de antwoordtermijn te kort is.
De Jury merkt op dat de adverteerder via email gecontacteerd werd op datum van 17 mei 2010 en een antwoordtermijn kreeg tot 21 mei 2010. De Jury stelt vast dat de toegekende termijn in overeenstemming is met het Juryreglement (art. 6). De Jury merkt tevens op dat de adverteerder vertrouwd is met de problematiek die het voorwerp uitmaakt van huidige klacht. De Jury verwijst terzake naar eerdere gelijkaardige dossiers (Easysvelt + Detoxykall).
Vervolgens heeft de Jury de inhoud van de reclame in kwestie onderzocht.
De Jury heeft begrip voor de bekommernis van de klager.
De Jury heeft vastgesteld dat deze reclame het volgende vermeldt: « 8 kilo eraf in 12 dagen. Nieuw : De originele citroensap-kuur vet-doder nr. 1, nu in gelules ! Starligne.be/Citroensap-slankkuur ».
Deze reclame bevat dus duidelijk een verwijzing naar de snelheid en de mate van het gewichtsverlies (“8 kilo eraf in 12 dagen).
De Jury verwijst terzake naar de verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen.
Art. 2 van deze verordening stelt dat ze van toepassing is op voedings- en gezondheidsclaims, die in commerciële mededelingen gebruikt worden.
Deze verordening omschrijft « gezondheidsclaim » als « een claim die stelt, de indruk wekt of impliceert dat er een verband bestaat tussen een levensmiddelencategorie, een levensmiddel of een bestanddeel daarvan en de gezondheid ».
Artikel 2 voegt er aan toe dat voor de toepassing van deze verordening de definitie van "voedingssupplement" van Richtlijn 2002/46/EG inzake voedingssupplementen geldt.
Deze omschrijft de voedingssupplementen als « aanvulling op de normale voeding bedoelde voedingsmiddelen die een geconcentreerde bron van een of meer nutriënten of andere stoffen met een nutritioneel of fysiologisch effect vormen en in voorgedoseerde vorm op de markt worden gebracht, namelijk als capsules, pastilles, tabletten, pillen, en soortgelijke vormen, zakjes poeder, ampullen met vloeistof, druppelflacons, en soortgelijke vormen van vloeistoffen en poeders bedoeld voor inname in afgemeten kleine eenheidshoeveelheden ».
Overeenkomstig artikel 12 van de Verordening, zijn de claims » niet toegelaten en is deze reclame derhalve strijdig hiermee.
Gelet op wat voorafgaat, verzoekt de Jury aan de adverteerder om deze reclame niet meer te verspreiden.
De aandacht van de adverteerder wordt gevestigd op het feit dat hij reeds eerder inbreuken begaan heeft (cfr ondermeer het dossier Starligne-Detoxykall + Starligne-Easysvelt) waar het om gelijkaardige producten ging.
Op basis van art. 9 van het Juryreglement stelt de Jury aan de adverteerder de vereiste om zijn volgende campagnes (voor dezelfde of andere producten) voor te leggen gedurende een termijn van 1 jaar. De betrokken media zullen hierover ingelicht worden zodat ze aan deze vereiste hun medewerking kunnen verlenen.
De Jury nam er nota van dat de reclame «inmiddels » beëindigd was, maar verzocht de adverteerder te bevestigen dat deze reclame ook op een later tijdstip niet meer zou verspreid worden , alsook te bevestigen dat hij zijn volgende campagnes zou voorleggen gedurende een termijn van 1 jaar.
Hoewel de adverteerder reeds 2 x op dezelfde gronden een Jurybeslissing had ontvangen (cfr dossiers Easysvelt + Detoxykall), meende hij dat de Jury de grondslag van de klacht verlaten had zonder hem daarvan vooraf in kennis te stellen en dat hij daardoor geen enkel verweer had kunnen voeren. Hij meende tevens dat de Jury op alle punten van zijn verweer had moeten antwoorden en stelde niet akkoord te gaan met de Jurybeslissing. Er werd hem gewezen op de mogelijkheid tot hoger beroep, doch hij is daar niet op ingegaan.
Bij gebreke aan hoger beroep en bij gebreke aan positief antwoord mbt de naleving van de Jurybeslissing , werden de betrokken media op de hoogte gesteld, overeenkomstig art. 9 en 10 van het Juryreglement.
Vervolgens werd dit dossier afgesloten.
Barastraat 175, 1070, Brussel, Belgie.
E-mail: info@jep.be
Tel: +32 2 502 70 70