De Tv-spot toont een man aan het stuur die een jongen terugbrengt van zijn training. Hij telefoneert naar de moeder die we zien koken op haar werk. Thuis aangekomen warmt de man gerechten van de adverteerder op. We zien vervolgens de producten die gepromoot worden, het logo van de adverteerder en de tekst “Iemand heeft gekookt voor jou”.
1) De klager haalde aan dat de reclame geen beeld van een correcte verkeersgebruiker weergeeft:
- de chauffeur slaat eerst linksaf vlak voor twee aankomende fietsers en snijdt hen eigenlijk de pas af;
- nadien draait hij opnieuw linksaf (een oprit) zonder zijn richtingsaanwijzers te gebruiken.
2) De klager was gechoqueerd door het begin van de reclame (eerste seconde) waar de bestuurder een duidelijke inbreuk op de wegcode begaat en bovendien bijna fietsers aanrijdt.
Volgens hem is deze reclame van aard om onverantwoorde gedragingen te normaliseren.
De adverteerder deelde mee dat de spot in kwestie een vader toont die met zijn zoon na een judotraining naar huis rijdt en een maaltijd voorbereidt.
De klager heeft bezwaar tegen twee zeer korte scènes in de reclamespot:
Tijdens de eerste scène ziet men de wagen links afslaan, met gebruik van de richtingaanwijzer en waarbij zowel de vader als de zoon hun gordel aan hebben. Nadat de wagen is afgeslagen, rijden fietsers verder op het fietspad.
Volgens de klager worden de fietsers “de pas afgesneden”. Dat is geenszins het geval. Iemand de pas afsnijden impliceert dat de betrokkene verhinderd wordt een bepaalde actie uit te voeren. De fietsers moeten niet remmen, maar rijden gewoon verder.
Dat de timing van opeenvolgende acties scherp is, heeft te maken met het feit dat de reclamespot wil weergeven dat de feiten zich afspelen tijdens het piekuur. Uiteraard is deze scène gefilmd met zeer precieze timing, zonder enige weggebruiker in gevaar te brengen.
Tijdens de tweede scène ziet men de wagen die reeds is ingeslagen op de oprit langs het huis (privé-eigendom). Er is dus geen sprake van links afslaan zonder gebruik van richtingaanwijzer op de openbare weg.
De adverteerder wil benadrukken dat hij zeker geen incorrect verkeersgebruik heeft willen voorstellen en dat alles in het werk is gesteld om deze reclamespot met behoorlijk maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef voor te bereiden en te realiseren. Hij meent ook dat de spot geenszins suggereert dat de regels inzake voorzichtigheid en verkeersveiligheid mogen worden overtreden en evenmin aanspoort tot verkeersonveilig gedrag. Integendeel, in de spot is het zeer duidelijk dat gebruik wordt gemaakt van richtingaanwijzer, gordel en handsfree telefoonkit.
De adverteerder voelt zich gesterkt in deze overtuiging vermits de reclamespot op zijn YouTube-pagina geplaatst werd en geen enkele reactie heeft uitgelokt zoals verwoord in de klacht. Het feit dat niemand bezwaar heeft gemaakt, bewijst dat de reclamespot niet in de aangeklaagde zin wordt opgevat.
Met betrekking tot de tweede klacht wenste de adverteerder nog te benadrukken dat hier enkel de eerste seconde van de reclamespot aan bod komt.
De Jury heeft kennis genomen van de Tv-spot en de klachten die betrekking hebben op het begin van de spot waarin men een man en een jongen met de wagen naar huis ziet rijden.
De Jury benadrukt vooreerst dat de scène in kwestie vluchtig is en dat het niet gemakkelijk is om te zien of de bestuurder effectief al dan niet de richtingaanwijzer gebruikt heeft.
Met betrekking tot de uitgevoerde handeling en de fietsers is de Jury van mening dat de wagen hen niet de pas afsnijdt door hen te dwingen om te remmen en hen evenmin in een gevaarlijke situatie brengt.
Bovendien benadrukt de Jury dat het gaat om reclame voor een product dat geen verband houdt met motorrijtuigen en waarbij de nadruk meer wordt gelegd op het opwarmen van de maaltijden van de adverteerder als men thuiskomt dan op het traject met de wagen.
In deze context is de Jury van oordeel dat de gemiddelde consument in deze spot geenszins een onverantwoord weggedrag zal zien en derhalve geen banalisering van dergelijk gedrag.
Gelet op het voorgaande, is de Jury van oordeel dat de reclame in kwestie niet van een gebrek aan behoorlijk maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef in hoofde van de adverteerder getuigt.
Bij gebreke aan inbreuken op wettelijke of zelfdisciplinaire bepalingen, heeft de Jury derhalve gemeend geen opmerkingen te moeten formuleren op dit punt.
Aangezien geen hoger beroep werd ingesteld, werd dit dossier afgesloten.
Barastraat 175, 1070, Brussel, Belgie.
E-mail: info@jep.be
Tel: +32 2 502 70 70