De radiospot geeft een telefoongesprek weer:
Vincent: “Group S Sociaal Secretariaat. Met Vincent!”
Sophie: “Ja hallo met Sophie, de secretaresse van mijnheer Demax.”
Vincent: “Hé, Sophie! Hoe gaat het met mijnheer Demax?”
Sophie: “Bah, nu zijn er probleemkes met het personeel…”
Men hoort op achtergrond een menigte die scandeert: “De-max bui-ten!”
Vincent: “Group S kan ook helpen bij het overleg met uw personeel.”
Men hoort een mannenstem: “Sophie, help mij!”
Sophie: “Vincent, houdt Group S zich ook bezig met ontslagen?”
Vincent: “Uiteraard, de hele procedure zelfs. Waarom?”
Sophie: “Ja ik denk dat mijnheer Demax dat wel eens heel snel kan nodig hebben.”
Jingle + VO: “Group S. Het sociaal secretariaat dat luistert, adviseert en HR-oplossingen biedt voor zelfstandigen en ondernemers. Group S. Op ons kan u rekenen!”
1) De klager wordt misselijk van de reclame die het zeer grappig vindt dat deze firma zich ook bezighoudt met mensen te ontslaan en het beheren van stakingen en opzeggingen; dit lijkt zeer uitgelaten.
2) De klager vindt het schandalig en van zeer slechte smaak, in de huidige tijd, dat men de ondersteuning van het secretariaat bij het sturen van ontslagaanzeggingen aan de werknemers van de onderneming oproept.
3) In deze periode van ontslagen alom en van het schaarser worden van werk, vindt de klager het onfatsoenlijk ten opzichte van betrokken werknemers om deze situatie voor commerciële doeleinden te gebruiken.
4) De klager vindt deze reclame erg choquerend in de huidige socio-economische context en op tal van vlakken denigrerend ten aanzien van het recht op werk.
De adverteerder heeft meegedeeld dat zijn doelpubliek, in zijn hoedanigheid van sociaal secretariaat, de werkgevers zijn. Hij heeft dus gekozen voor een script dat problematieken oproept waarmee werkgevers kunnen worden geconfronteerd, en dit met behulp van tweedegraads humor.
Personeelsbeheer is zijn vak. In het script komt hij zijn cliënt ter hulp en de secretaresse die vraagt of men de ontslagaanzegging van haar baas kan regelen aangezien zij denkt dat hij er niet uit zal geraken.
De adverteerder denkt dus dat de spot verkeerd begrepen is. In de slogan aan het einde stelt hij HR oplossingen voor net om dit soort van ongemakken te vermijden.
De Jury heeft vastgesteld dat men in de radiospot een fictief telefoongesprek hoort tussen een secretaresse en een sociaal secretariaat teneinde de diensten van de adverteerder te promoten.
De Jury heeft vooreerst benadrukt dat het in de reclame gaat om de diensten zelf van de adverteerder die er onder meer uit bestaan om een ontslagprocedure te beheren, of het nu gaat om het personeel dan wel om de baas zoals het geval is in de in de spot geënsceneerde situatie.
De Jury is van mening dat de toon van de reclame luchtig is en dat de radiospot niet van aard is om de gemiddelde consument te choqueren.
Gezien de context is de Jury van oordeel dat de radiospot niet van aard is om bepaalde categorieën van personen te stigmatiseren of te denigreren en dat hij evenmin hun waardigheid aantast.
Bij gebreke aan inbreuken op wettelijke of zelfdisciplinaire bepalingen, heeft de Jury gemeend geen opmerkingen te moeten formuleren op deze punten.
Aangezien geen hoger beroep werd ingesteld, werd dit dossier afgesloten.
Barastraat 175, 1070, Brussel, Belgie.
E-mail: info@jep.be
Tel: +32 2 502 70 70