GAIA – 16/10/2013

Beschrijving van de reclame

VO 1: “We waren nog aan het slapen toen ze ons kwamen halen. Ik kon het niet verstaan. Ze schreeuwden iets in een vreemde taal en sleurden ons naar een camion. Eén voor één. Het was niet de eerste keer, maar nu namen ze een andere weg. De camion stopte aan een gebouw. Dat was koud en het stonk. En nu zitten we hier, bijeengepropt in een donker kot. Er loopt bloed over de vloer, iemand schreeuwt van de pijn. Ik ben niet naïef, ik weet wat er gaat gebeuren. Het enige wat ik kan doen is, ... ja, wachten. Straks komt hij, met een groot mes en een schort vol bloed.”

VO 2: “Zonder verdoving zijn dieren zich heel bewust van wat er zich afspeelt in een slachthuis.
Beste politici, bespaar hen deze angst en pijn. Verander de wet en verbied rituele slachtingen zonder verdoving. Meer info op gaia.be.”

Motivering van de klacht(en)

De klager vindt deze reclame veel te choquerend. Hij heeft geen zin om dergelijke dingen op de radio te horen; dit doet hem denken aan Joden die naar een concentratiekamp gestuurd worden.

De klager verzet zich tegen de manifest zeer slechte smaak van de vereniging Gaia. De gesproken tekst vergelijkt de Joden manifest met vee en de moslims met nazi’s. Dat is op zijn minst hoe veel mensen het ervaren. Het is onaanvaardbaar dat filosofische opvattingen of geloofsovertuigingen, welke dat ook zouden zijn, zo behandeld worden. De klager is noch Jood, noch moslim, toch verzet hij zich hiertegen, uit respect voor de menselijke persoon.

De klager vindt dat de spot van erg slechte smaak getuigt. Hij kan het tweede deel van de boodschap aanvaarden, dat de autoriteiten expliciet oproept om de wet te veranderen, maar vindt het eerste deel totaal ontoelaatbaar. Het verhaal van het transport zinspeelt expliciet op een transport naar een plaats van uitroeiing en de eerste gedachte die opkomt bij de luisteraar is dat het om Joden, Tutsi’s of Armenen gaat (voorbeeldlijst). Bovendien, aangezien het over rituele slachtingen gaat, is het risico groot dat de moslims, zelfs onbewust, aangewezen zullen worden als de “uitroeiers”.

De klager dringt aan op de stopzetting van deze reclame die deportatie banaliseert.
1. De parallel die gemaakt wordt tussen de joodse of zigeuner bevolkingsgroepen die in opdracht van de Duitse autoriteiten gedeporteerd werden tijdens de tweede wereldoorlog en het dier dat men komt halen om te slachten is onaanvaardbaar. Deze twee situaties hebben niets met elkaar gemeen.
2. Er wordt gezinspeeld op het rituele slachten; dit is een onrechtstreekse manier om moslims te stigmatiseren.
3. Zijn we echt zeker dat dieren denken op die manier; dit is primair antropomorfisme.

Het is een totaal gebrek aan respect ten overstaan van mensen die de concentratiekampen hebben overleefd en die gelijkgesteld worden met ... vee!!

De klager voelt zich erg ongemakkelijk en gechoqueerd door het feit dat deze tussenkomst vanzelfsprekend doet denken aan deze arme mensen die op die manier meegenomen werden of worden in onbetrouwbare politieke regimes. Dat men vecht voor de dierenbescherming is eerbiedwaardig maar het zo vergelijken met het lot van zoveel mensen die lijden is onfatsoenlijk.

Standpunt van de adverteerder

De adverteerder deelde mee dat het nooit zijn bedoeling is geweest een vergelijking te maken tussen de deportatie van de Joden en het onverdoofd slachten van schapen. Met deze radiospot wil hij inspelen op het inlevingsvermogen van de luisteraar door het verhaal te laten vertellen van een schaap dat onverdoofd zal geslacht worden. Zijn campagne is gericht naar de politici met de vraag de wet aan te passen. Het is namelijk zo dat de wet momenteel een uitzondering voorziet voor rituele slachtingen, waarvoor de dieren niet moeten verdoofd worden. Die uitzondering wil de adverteerder uit de wet.
Maar hij herhaalde dat het nooit zijn bedoeling is geweest een bepaalde bevolkingsgroep te schofferen en al zeker niet te verwijzen naar gruwelijkheden die in het verleden gebeurd zijn.

Jurybeslissing

De Jury heeft vastgesteld dat de adverteerder een sensibiliseringscampagne voert gericht naar politici om de rituele slachting zonder verdoving te laten verbieden.

Vooreerst is de Jury van oordeel dat de spot geen racistische of denigrerende uitlatingen ten aanzien van een categorie van personen bevat. Bij gebreke aan inbreuken op wettelijke of zelfdisciplinaire bepalingen, heeft de Jury gemeend geen opmerkingen te moeten formuleren op dit punt.

Vervolgens is de Jury van mening dat deze campagne choquerend kan zijn voor een deel van het publiek dat het risico loopt een verband te leggen met de deportaties en uitroeiingen van bepaalde etnische groepen.

Ze is derhalve van mening dat deze radiospot negatieve reacties kan veroorzaken bij een deel van het publiek. Ze heeft derhalve gemeend een advies van voorbehoud te moeten formuleren in overeenstemming met artikel 2 van haar reglement en doet een beroep op de verantwoordelijkheid van de adverteerder.

Een advies van voorbehoud houdt in dat de adverteerder vrij is met betrekking tot het gevolg dat hij aan dit advies geeft.

Gevolg

Aangezien geen hoger beroep werd ingesteld, werd dit dossier afgesloten.

Adverteerder: GAIA
Product/Dienst: Campagne tegen rituele slachtingen zonder verdoving
Media: Radio
Initiatief: Consument
Type beslissing: Advies van voorbehoud
Datum afsluiting:  16/10/2013