BELGACOM – 14/04/2008

Beschrijving van de reclame

Een advertentie met als titel “Uw kantoor waar u maar wil. Met Mobile Internet werkt en surft u overal supersnel”, toont een man die zich op het strand bevindt. Hij zit op een strandlaken met naast hem zijn draagbare computer, terwijl hij een opblaasbaar bureau en bureaustoel opblaast.
Tekst: “Promo: Mobile Internet No Limit € 28,92/maand* i.p.v. € 41,31.”
Tekst onderaan in kleine letters: “Op verplaatsing even comfortabel e-mailen of surfen als bij u thuis of op kantoor? Dat kan dankzij uw laptop en Mobile Internet waarmee u overal vlot toegang hebt tot uw e-mails, internet en intranet. En dat aan een maximumsnelheid van 3,6 Mbps. Geïnteresseerd? Teken dan voor 31/03/08 in op Mobile Internet No Limit en betaal slechts € 28,92/maand i.p.v. € 41,31 gedurende 6 maanden*. Daarenboven krijgt u de 3.6 Huawaei USB-modem voor € 48,76** (i.p.v. 197). Vraag gerust een demonstratie in één van onze Business Centers. Info en voorwaarden van onze promoties op www.proximus.be/totalmobility of in uw Proximus-verkooppunt.
* Contract van minimum 12 maanden. Nationaal gebruik. Max. 2 GB, daarna betaalt u € 0,0826/MB. Voor het gebruik van Mobile Internet hebt u een USB-modem nodig. **Aanbod geldig zolang de voorraad strekt. Prijzen excl. BTW.”

Motivering van de klacht(en)

De klager vindt de productnaam misleidend. "No Limit" vertaalt hij als "geen limiet" of "onbeperkt". Als hij echter de kleine lettertjes leest onderaan de advertentie, dan is er wel sprake van een beperking, met name een datalimiet van 2 GB. "Maximum 2 GB" en "No Limit" zijn volgens de klager duidelijk tegengestelde begrippen. Toch hebben deze twee begrippen betrekking op hetzelfde product. Bovendien betalen gebruikers die de datalimiet van 2 GB overschrijden meer dan 8 eurocent per extra gebruikte megabyte. Dit komt neer op ongeveer 84 euro als je één extra gigabyte opgebruikt. Op die manier schiet de maandelijkse factuur supersnel de hoogte in. De adverteerder belooft nochtans "Mobile Internet" zonder limiet voor een maandelijkse abonnementsprijs van 28,92 euro.
In de advertentie staat nog een tweede misleidende zin: "Met Mobile Internet werkt en surft u overal supersnel." Het 3G-netwerk van Belgacom Mobile NV voor mobiel internet bedekt ongeveer 85% van het Belgische grondgebied, dit is dus niet overal. De theoretische maximumsnelheid van 3G-netwerken is 3,6 Mbps. In sommige delen van België is er slechts een GPRS-netwerk beschikbaar voor mobiel internet met een theoretische maximumsnelheid van 54 kbps, dit is trager dan een klassieke modemverbinding via een vaste telefoonlijn en kan dus geenzins betrekking hebben op "breedband" of "supersnel". "Overal supersnel" is dus uiterst misleidend, dit kan onmogelijk waargemaakt worden met het mobiele netwerk waarover Belgacom Mobile NV momenteel beschikt.

Standpunt van de adverteerder

De adverteerder stelde de productnaam “No Limit” te gebruiken om aan de klanten de boodschap door te geven dat zij met deze oplossing op het internet kunnen surfen, zonder beperking in zijn gebruik: op kantoor, thuis, in de tuin, op de trein. Kortom: er zijn geen beperkingen. De klant kan met Mobile Internet surfen waar en wanneer hij wil.
De productnaam is bovendien verbonden met de hele advertentiecampagne voor Mobile Internet: “Proximus maakt internet écht mobiel. Draadloos surfen, chatten of e-mailen? Met Proximus kan dat overal en altijd: bij vrienden, aan zee of in de tuin. U kan supersnel surfen, waar u ook wil in belgië.”

De adverteerder is van mening dat zijn advertentie niet misleidend is wegens het feit dat hij in de legale tekst vermeldt dat er een beperking is van 2 Gb. Nergens anders is er een vermelding dat het ‘surfgebruik’ onbeperkt is. Het zou totaal anders zijn als hij de productnaam “Unlimited” zou hebben gebruikt.

“Overal supersnel” is volgens de adverteerder ook niet misleidend: de grootste steden van België zijn bedekt door 3G netwerken van de adverteerder en elke dag wordt deze dekking groter. Hij vermeldt niet dat Mobile Internet het snelste internet is (in vergelijking met de andere klassieke verbinding), maar alleen dat het supersnel gaat (heel vage terminologie).

Jurybeslissing

De Jury is van oordeel dat de formulering “ No Limit” van aard is om door de gemiddelde consument begrepen te worden als zijnde “zonder beperkingen op territoriaal vlak, op vlak van snelheid en op vlak van vermogen”. Gelet hierop is de Jury van mening dat deze formulering misleidend is voor de consument.

De Jury is tevens van oordeel dat de term “overal supersnel”eveneens van aard is om de consument te misleiden, daar de adverteerder blijkbaar geen totale dekking heeft voor het Belgisch grondgebied (de adverteerder stelt zelf dat de grootste steden gedekt zijn en deze dekking elke dag groter wordt, wat dus impliceert dat hij nog “niet overal” dekking kan bieden).

Op basis van art. 94/6§1, zoals ingevoegd door de wet van 5 juni 2007 tot wijziging van de WHPC, alsook art. 3 en 5 van de code van de Internationale Kamer van Koophandel, heeft de Jury de adverteerder verzocht om deze termen in de reclame in kwestie te wijzigen en bij gebreke daaraan deze niet meer te verspreiden.

De adverteerder heeft hoger beroep ingesteld tegen deze Jurybeslissing.

Vooreerst heeft de Jury van hoger beroep vastgesteld dat de adverteerder in het kader van zijn verzoek tot hoger beroep nieuwe feitelijke elementen aanbrengt, die nog niet gekend waren in het stadium van de procedure van eerste aanleg, en dit overeenkomstig artikel 6 van het Juryreglement.

De Jury is van oordeel dat deze nieuwe, feitelijke elementen vervat zitten in de verwijzingen naar rechtspraak en in de besluiten die de adverteerder hieruit trekt in zijn verzoek tot hoger beroep.

Rekening houdend met wat voorafgaat, heeft de Jury het verzoek tot hoger beroep van de adverteerder ontvankelijk verklaard.

Wat de grond van het dossier betreft, heeft de Jury de argumentatie van de adverteerder betreffende de vermeldingen « no limit » en « overal supersnel » onderzocht.

Wat de formulering « No Limit » betreft, is de Jury van mening dat ze van aard is om door de gemiddelde consument geïnterpreteerd te worden als « zonder beperkingen op territoriaal vlak, op het vlak van snelheid en op het vlak van vermogen ». De Jury heeft bovendien vastgesteld dat het zogenaamde « no limit » aspect op territoriaal vlak nog eens versterkt wordt door de termen « overal supersnel » (zie hierna), die in de advertentie eveneens worden gebruikt.

Volgens de Jury is de gemiddelde consument nog niet in die mate vertrouwd met de meer recente 3 G technologie om er de beperkingen op territoriaal vlak, op vlak van snelheid en vermogen van te kennen. De Jury is derhalve van oordeel dat de rechtspraak waar de adverteerder naar verwijst , in casu niet relevant is.

Wat de formulering « overal supersnel » betreft, heeft de Jury eveneens kennis genomen van de rechtspraak waarnaar de adverteerder verwijst in zijn verzoek tot hoger beroep. Ze is de mening toegedaan dat deze rechtspraak in casu niet relevant is, omdat ze betrekking heeft op de sector van de mobiele telefonie waarmee de gemiddelde consument al meer vertrouwd is dan met de 3G technologie.

De Jury heeft ook vastgesteld dat de termen «no limit » en « overal supersnel » te absoluut geformuleerd zijn. In de advertentie wordt een dienst beloofd die « no limit » en « overal supersnel » is, terwijl de adverteerder eigenlijk niet in staat is die belofte na te komen, ondermeer omdat:

- de dienst op het vlak van snelheid niet « no limit » is (zie de vermelding in de betreffende advertentie mbt een « maximumsnelheid van 3,6 Mbps »),
- de dienst op territoriaal vlak niet « overal supersnel » en « no limit » is, aangezien de adverteerder zelf erkent dat deze dienst de grootste steden dekt en deze dekking elke dag groter wordt.

Rekening houdend met het feit dat de betreffende advertentie te absolute beweringen bevat, die van aard zijn om de gemiddelde consument te misleiden en hem ertoe kan brengen een besluit over een transactie te nemen die hij anders niet had genomen (no limit en overal supersnel), is de Jury van oordeel dat de betreffende advertentie in strijd is met art. 94/6 zoals ingevoegd in de WHPC door de wet van 5 juni 2007, en eveneens met artikel 5 van de ICC Code.

Bovendien, en om bovenvermelde redenen, is de Jury van oordeel dat de vermeldingen « no limit » en « overal supersnel » het gebrek aan ervaring en kennis van de consument uitbuit, wat in strijd is met artikel 3 van de ICC Code.

Rekening houdend met wat voorafgaat, heeft de Jury van hoger beroep de beslissing van 6 maart 2008 bevestigd (advertentie in kwestie wijzigen, en bij gebreke daaraan deze niet meer verspreiden).

Deze beslissing van de Jury van hoger beroep is definitief.

De adverteerder stelde verbaasd te zijn dat de rechtspraak waarnaar hij verwijst als irrelevant wordt beschouwd, daar het om recente rechtspraak gaat die zich toespitst op de telecomsector en de problematiek van de betreffende klacht.

Hij bevestigde dat de reclame in kwestie niet meer zal worden verspreid. De marketing afdeling heeft beslist de naam van het product, de lay-out en de inhoud aan te passen.

Adverteerder: BELGACOM
Product/Dienst: Mobile Internet No Limit
Media: Dagblad
Initiatief: Consument
Datum afsluiting:  14/04/2008