De reclamespot toont twee rugbyploegen die het veld komen oplopen. Het ene team voert een Haka uit (traditionele dans van de Maori’s in Nieuw-Zeeland) om het andere team te imponeren. Hierna heffen de leden van het andere team, slechts gekleed in een Schotse rok, hun rok op naar het eerste team.
Het product wordt in beeld gebracht, tekst + mannelijke stem: “William Lawson’s. No rules. Great Scotch.”
De adverteerder deelde mee dat hij, na kennis te hebben genomen van de klacht, meteen de reclameregie van de bioscoop gecontacteerd heeft teneinde te onderzoeken wat er precies fout is gelopen daar hij wel degelijk de programmering “no kids” had geboekt. De reclameregie deelde mee dat de spot in kwestie wel degelijk op de juiste band (normale band) geplaatst werd maar er zich tijdens de kindervoorstelling een verwisseling van banden (verwisseling van een “no kids” band met een gewone band) heeft voorgedaan. De reclameregie benadrukte dat het om een menselijke fout ging en dat het cabinepersoneel eraan herinnerd werd dat het belangrijk is de reclamebanden na te kijken. Het personeel zal hier in de toekomst meer op toezien.
Vooreerst heeft de Jury vastgesteld dat de intieme delen van de mannen die hun rok opheffen, niet te zien zijn in deze spot. Zij heeft bijgevolg gemeend dat de reclame waarvan sprake geen enkele bewering of afbeelding bevat die in strijd zijn met de algemeen geldende fatsoensnormen.
De Jury heeft daarentegen opgemerkt dat de spot de educatieve slogan niet vermeldt, hetgeen in strijd is met artikel 11.1 (Bijlage B) van het Convenant inzake gedrag en reclame met betrekking tot alcoholhoudende dranken. Zij heeft de adverteerder bijgevolg verzocht deze slogan toe te voegen overeenkomstig bovengenoemd Convenant.
Tenslotte blijkt uit de verklaringen van de klager dat de spot werd getoond voorafgaand aan een kinderfilm; hetgeen in strijd is met artikels 2.1 en 4.1 van bovengenoemd Convenant en met artikel 18 van de ICC Code, die bepalen:
- art. 2.1 : “reclame mag niet gericht zijn op minderjarigen, noch door haar inhoud noch door de vorm van communiceren”;
- art. 4.1 : “reclame mag niet gericht zijn op minderjarigen, noch door haar inhoud noch door de vorm van communiceren”;
- art. 18 ICC : “een product dat niet geschikt is voor kinderen mag niet het voorwerp uitmaken van reclame in een medium dat zich tot kinderen richt”.
De Jury heeft de adverteerder bijgevolg verzocht erop toe te zien dat de spot waarvan sprake niet meer vertoond zal worden tijdens kindervoorstellingen.
De adverteerder deelde mee dat de spot die verspreid werd in de bioscoop en op televisie wel degelijk de educatieve slogan bevat (in tegenstelling tot de spot die hij aan de Jury bezorgd had en waar de slogan nog niet toegevoegd was).
Hij bevestigde tevens strikt te zijn op dit vlak en dat hij het eens is met de beslissing van de Jury.
Gelet op wat voorafgaat en aangezien geen hoger beroep werd aangetekend, werd dit dossier afgesloten.
Barastraat 175, 1070, Brussel, Belgie.
E-mail: info@jep.be
Tel: +32 2 502 70 70